Mezelf tegen het hoofd slaan
ik kan niet meer mee
in deze vluchtige tijd
van leven.
Gisteren ongedwongen zalig gevoel,
morgen tranen in gemis.
Niets gebeurt zonder rede
waar het bestaan geen grenzen meer heeft.
Verdwalen in gesproken woorden van samen,
alleen, stil en breekbaar in mezelf.
Hunkeren naar vervlogen tijden,
waar alles veel simpeler was,
wanneer je iemand ontmoette
spontaan samen verder
gedachteloos.
Mijn ziel voelt, wijst mijn weg
in de mooiste toevalligheden,
de wonderen van het leven,
toch ieder gedwongen weer op zichzelf,
vervlogen tijden...
die achter de horizon stil verdwijnt.